In plaats van een abstracte opvatting van het kwaad schetst Wolfgang Greiner, op basis van de antroposofie van Rudolf Steiner, de realiteit van bovenzinnelijke machten, die de loop van de mensheidsontwikkeling trachten te belemmeren of om te buigen. Het bevrijdende van zijn visie is dat deze geestelijke machten niet alleen een negatieve werking hebben, de weerstand die zij bieden is ook noodzakelijk om een verdere ontwikkeling van aarde en mensheid mogelijk te maken.

Voorwaarde hier is echter, dat de mens het wezen en de werking van deze machten leert doorzien.

in vier essaysbelicht Greiner in dit boek divers aspecten van het kwaad luciferische en ahrimanische machten en de toekomst van de mensheid; de asoerische machten; het lot van Judas; de incarnatie van Ahriman.